Hoofdstuk 3 - Paragrafen

3.9 Klimaat

Klimaat- en circulariteitsparagraaf 

Dit is de derde keer dat de klimaatparagraaf een plek heeft in de begroting. De klimaatparagraaf is uitgebreid met het onderwerp circulariteit en zal de komende jaren verder worden doorontwikkeld (zie ook kopje doorontwikkeling).  

Klimaat 
Inleiding 
Verbruik van fossiele brandstoffen veroorzaakt CO2-uitstoot1. Deze uitstoot draagt bij aan het broeikaseffect waardoor het klimaat verandert, (economische) klimaatschade ontstaat en de kwaliteit van onze leefomgeving afneemt.  
In deze klimaatparagraaf rapporteren we jaarlijks over de broeikasgasuitstoot in de provincie Utrecht ten opzichte van het voorgaande jaar en het doel(bereik) in 2030: 55% minder broeikasgassen dan in 1990. Zo houden we zicht op de externe factoren die van invloed zijn op deze uitstoot, en op de mate van effectiviteit van het provinciale duurzaamheidsbeleid bij het terugdringen van emissies. Het tegengaan van verdere klimaatverandering door het verminderen van de uitstoot van broeikasgassen wordt ook wel klimaatmitigatie genoemd.  

Achtergrond 
Onze organisatie draagt met haar klimaatbeleid bij aan de landelijke doelstelling van 55% reductie.  In de Utrechtse Klimaataanpak: naar netto nul en de bijbehorende uitvoeringsagenda , die in 2025 zijn vastgesteld, staan hiervoor specifieke acties toegelicht. We gebruiken hierbij indicatieve restemissiedoelstellingen: de hoeveelheid broeikasgassen die een sector in 2030 nog mag uitstoten. De provincie heeft niet altijd de mogelijkheid om deze emissies te beïnvloeden, vandaar dat deze indicatief zijn.  

Prognoses Nederland 
 

Figuur 1 Aandeel broeikasgasemissies per sector voor NL en PU (bron: Emissieregistratie) 
Het Plan Bureau voor de Leefomgeving (PBL) stelt in de jaarlijkse klimaat- en energieverkenning2 dat de broeikasgasuitstoot in Nederland naar verwachting in 2030 met 44-52 procent daalt ten opzichte van 1990, uitgaande van het vastgestelde en voorgenomen beleid. Daarmee is de kans dat het wettelijke klimaatdoel van 55 procent emissiereductie wordt gehaald, minder dan vijf procent. Om het doel met 50 procent kans te halen is nog 16 megaton CO2-equivalenten extra uitstootreductie in 2030 nodig, om het doel met een heel erg grote kans (95 procent) te halen is nog 24 megaton extra reductie nodig. De KEV 2024 laat verder zien dat er de afgelopen twee jaar wel veel beleid is uitgewerkt, maar dat de maximale geraamde emissiereductie in 2030 toch lager is dan in de KEV 2023 door tegenslagen in de uitvoering van beleid en geschrapte beleidsmaatregelen. 

Prognoses provincie Utrecht 
 

Figuur 2 Broeikasgasemissies provincie Utrecht (bron: Emissieregistratie en PBL) 
Wanneer de totale broeikasgasemissies worden uitgezet per sector, is te zien dat de opgave voor de provincie Utrecht anders is dan voor Nederland als geheel. Zie hiervoor ook figuur 1. Zo heeft onze provincie nauwelijks industrie en centrale elektriciteitsproductie. Tegelijkertijd wordt de Ring Utrecht ook wel de draaischijf van Nederland genoemd en kennen wij daardoor een relatief grote uitstoot vanuit de mobiliteitssector. Deze levert met 43 procent de grootste bijdrage aan broeikasgasemissies in Utrecht. Ter vergelijking, landelijk draagt mobiliteit ‘maar’ 22 procent bij aan de totale emissies. Ook de gebouwde omgeving draagt in Utrecht relatief meer bij aan het totaal dan nationaal. 
De totale broeikasgasemissies in de provincie Utrecht dalen nog steeds, maar de daling vlakt af.  
Ten opzichte van het doelbereik in 2030 is de situatie per klimaatsector op dit moment als volgt: 
 

Figuur 3 Broeikasgasemissies sector Elektriciteit (bron: Emissieregistratie en PBL) 
De daling van de broeikasgasemissies voor elektriciteit vlakt af en de indicatieve doelstelling is binnen bereik, maar de prognose is wel verslechterd ten opzichte van vorig jaar. Het gaat met name om de emissies door de elektriciteitsproductie van enkele gascentrales die in de provincie staan. 
Relevante hoofdstukken in de begroting: 4 Klimaat en Energietransitie 

  

Figuur 4 Broeikasgasemissies sector Gebouwde omgeving  (bron: Emissieregistratie en PBL) 
De daling van de emissies voor gebouwde omgeving neemt af en de indicatieve doelstelling is buiten bereik. De emissies uit het gebruik van aardgas voor het verwarmen van de gebouwde omgeving maken het grootste deel uit van de emissies in deze sector. 
Relevante hoofdstukken in de begroting:1 Ruimtelijke ontwikkeling & 4 Klimaat en Energietransitie 
  

Figuur 5 Broeikasgasemissies sector Industrie (bron: Emissieregistratie en PBL) 
Ook bij de sector industrie vlakt de daling van emissies licht af, en de indicatieve doelstelling is niet in bereik. De subsectoren met de grootste uitstoot onder overige industrie zijn de bouwmaterialenindustrie en de voedings- en genotmiddelenindustrie.  
Relevante hoofdstukken in de begroting: 1 Ruimtelijke ontwikkeling & 4 Klimaat en Energietransitie 

 

Figuur 6 Broeikasgasemissies sector Landbouw en Landgebruik (bron: Emissieregistratie en PBL) 
De emissies uit de sector landbouw en landgebruik blijven dalen, maar de indicatieve doelstelling is ver buiten bereik. De emissies uit landbouwhuisdieren (vee) maken het grootste deel uit van de totale emissies in de sector, voornamelijk methaanemissies van rundvee. 
Relevante hoofdstukken in de begroting: 2 Landelijk gebied 

  

Figuur 7 Broeikasgasemissies sector Mobiliteit (bron: Emissieregistratie en PBL) 
Na een lichte stijging, dalen de emissies uit de sector mobiliteit weer. Echter is de indicatieve doelstelling niet binnen bereik. De uitlaatgassen van wegverkeer zijn verantwoordelijk voor bijna alle emissies.  
Relevante hoofdstukken in de begroting: 5 Publieke mobiliteit, 6 Gezonde en veilige mobiliteit & 7 Infrastructuur en benutten 
Eigen organisatie (de provincie als voorbeeld) 

 

De emissies van de eigen organisatie zijn, afgezet tegen het beleidsdomein Mobiliteit, gering. Ons openbaar vervoer en onze provinciale infrastructuur zijn verantwoordelijk voor 95% van de totale CO -uitstoot die is verbonden aan de provinciale beleidsuitvoering.   

Circulaire samenleving 
Inleiding 
Winning, productie en gebruik van grondstoffen en goederen veroorzaakt negatieve milieu-impact. Wereldwijd, en ook in de provincie Utrecht, gebruiken we op een sneller tempo grondstoffen dan de aarde in diezelfde tijd kan voortbrengen. In deze paragraaf rapporteren we over het grondstoffengebruik in de provincie Utrecht over de jaren en het doel(bereik) in 2030: 50% minder primaire abiotische grondstoffen in 2030. Zo houden we zicht op de externe factoren die van invloed zijn op het grondstoffengebruik, en op de mate van effectiviteit van het provinciale duurzaamheidsbeleid bij het terugdringen van grondstoffengebruik. 

Achtergrond 
Wij sluiten ons aan bij de Rijksdoelen (50% circulair in 2030 en volledig circulair in 2050) in de wetenschap dat we hierop als provincie Utrecht beperkt invloed hebben, maar wel gedreven zijn om hier positief aan bij te dragen. In de Middellangetermijnstrategie circulaire samenleving, die in december 2024 is vastgesteld, staan hiervoor specifieke acties toegelicht. 

Grondstoffengebruik provincie Utrecht en in de keten 
Zoals toegezegd in de middellangetermijnstrategie circulaire samenleving (MTS CS), brengen we elke twee jaar een monitoringsrapportage uit conform het monitoringsplan uit de MTS CS. Deze verschijnt in Q4 2026. Onderstaande indicatoren zijn één onderdeel van de monitoring van de MTS CS, en gaan in het hoofddoel van een circulaire samenleving, namelijk het verminderen van grondstoffengebruik. 
Het grondstoffengebruik in de provincie Utrecht wordt uitgedrukt in Domestic Material Consumption (DMC): dit betreft lokale winning en productie van  goederen en grondstoffen, invoer van binnen en buiten Nederland, met de uitvoer er vanaf getrokken. Een tweede indicator kijkt naar het grondstoffengebruik wat deze DMC in de keten veroorzaakt, bijvoorbeeld de grondstoffen en die worden gebruikt tijdens productieprocessen, en die nodig zijn om een eindproduct te vervoeren. Dit heet de Raw Material Consumption (RMC).  
 
Figuur 9 Raw Material Consumption (RMC) in de provincie Utrecht  

De DMC in Utrecht daalt en laat zien dat de 50%-reductiedoelstelling in beeld is, in tegenstelling tot de nationale trend. Dat de DMC in Utrecht wel daalt, wordt voornamelijk veroorzaakt door de goederengroepen cement, kalk en gips; overige machines en gereedschapswerktuigen; en steen, zand, grind, klei, turf en andere delfstoffen. 
De RMC daarentegen stijgt sterk; we gebruiken dus met zijn allen producten die grondstofintensief zijn. Vooral verschillende typen ertsen, voedselgewassen, koper, stro, en steen, zand en grind dragen veel bij aan deze stijging. Deze grondstoffen worden onder andere gebruikt in elektrische producten, voedsel en de bouw.  

Doorontwikkeling 
Vooralsnog is deze klimaat- en circulariteitsparagraaf geen verplicht onderdeel van de programmabegroting, al zijn er in Europees verband wel ontwikkelingen op dit gebied. Omdat decentrale overheden een belangrijke rol spelen bij het realiseren van duurzaamheid in de samenleving wordt deze paragraaf in de komende jaren stapsgewijs doorontwikkeld richting een zogenaamde Corporate Sustainability Reporting Directive (CSRD) rapportage. Veel overheden werken al naar een soort CSRD-rapportage toe. Binnen het CSRD zijn er drie hoofdthema’s: Milieu, sociaal en bestuur (Environment, Social & Governance). Bij de opzet van de CSRD-rapportage maken we gebruik van de handreiking van de coalition of the willing en de aanbevelingen van de commissie Janssen. De handreiking hanteert de Europese richtlijn ‘Corporate Sustainable Reporting Directive’ (CSRD), toegepast op de context van decentrale overheden. De provincie Utrecht maakt ook deel uit van deze coalition. De CSRD zorgt er ook voor dat we transparant bijdragen aan de thema’s van brede welvaart. Door inzichtelijk te maken hoe we omgaan met bijvoorbeeld klimaat, biodiversiteit en sociale ongelijkheid krijgen we data en acties die de provincie kan gebruiken om brede welvaart te meten en te bevorderen. In de Kadernota 2027 komen we met een voorstel voor de opzet van een CSRD rapportage.

Deze pagina is gebouwd op 09/24/2025 09:06:45 met de export van 09/24/2025 08:28:15