Leeswijzer en vernieuwingen

Leeswijzer en vernieuwingen

Vernieuwingen

Door uw Staten is in juli 2025 de Kadernota 2026-2029 vastgesteld. Dit vormt het startpunt voor de verwerking in de begroting 2026.  Voor de inhoud en toelichting van de diverse onderdelen, verwijzen wij u naar de Kadernota 2026-2029. Provinciale Staten 9 juli 2025 9:30, Stateninformatie Provincie Utrecht (provincialestatenutrecht.nl)

Informatiebehoefte en Leesbaarheid
In juni 2024 heeft uw Staten het initiatiefvoorstel Commissie Janssen vastgesteld. Onderdeel hiervan zijn de adviezen met betrekking tot de informatiebehoefte en leesbaarheid van de P&C documenten. De adviezen zijn uitgewerkt in de voorliggende begroting. De meerjarendoelen ziet u nu bijvoorbeeld niet meer terug in de begroting, maar in de bijlage. In de P&C cyclus 2026 zal dus ook niet meer aan uw Staten gerapporteerd worden op meerjarendoelen. maar op beleidsdoelen die u in deze begroting vaststelt. Voor de inhoud en toelichting op de adviezen, verwijzen wij u naar de het Initiatiefvoorstel Commissie Janssen.

Doelenboom
In het nieuwe Beleidsprogramma Recreatie, Toerisme, Sport en Bewegen 2026—2029 zijn de beleidsthema’s sport en bewegen samengevoegd met recreatie en toerisme. Dit op grond van de inhoudelijke samenhang in het nieuw geformuleerde beleid. Sport en bewegen was tot nu toe ondergebracht in programma 3 maar verschuift hierdoor naar programma 8.
Deze verschuiving is al vastgelegd in het statenvoorstel over de kaderstelling van het nieuwe programma (UTSP-432403905-42454 (PS 8 april jl.) Zie Statenvoorstel kaderstelling Programma Recreatie, Toerisme, Sport en Bewegen 2026-2029
Het nieuwe Beleidsprogramma leidt vanzelfsprekend ook tot gewijzigde doelen in de doelenboom. De wijzigingen in de doelenboom vindt u hieronder.  De gewijzigde doelen konden nog niet in de Kadernota 2026 worden opgenomen omdat het Beleidsprogramma toen nog in de maak was. Sport en Bewegen is nu gevat in meerjarendoel 8.3.4 .
Hieronder een samenvattende tabel met de wijzigingen in de begroting 2026:

Programma

WAS (2025)

WORDT (2026)

3. Bodem, Water en Milieu

3.4.5 De inclusieve breedtesport in de openbare ruimte en op duurzame sportaccommodaties is sterker

Door de bundeling van sport en bewegen met recreatie en toerisme in het nieuwe Omgevingswetprogramma recreatie, toerisme, sport en bewegen is sport nu opgenomen in Begrotingsprogramma 8: 8.3.4 De buitenruimtes en recreatiegebieden zijn beweegvriendelijker en de sport- en beweegsector is toekomstbestendiger.

8. Cultuur, Erfgoed, Recreatie en Toerisme

8.2 Recreatie en bestemmingsmanagement zijn meer integraal onderdeel van de ontwikkelingen in de leefomgeving

8.3 Mogelijkheden tot recreëren, sporten en bewegen zijn meer integraal onderdeel van de ontwikkelingen in de leefomgeving. 8.2 vervalt.

Meerjarendoelen:

8.3.1 Recreatieve voorzieningen en gebieden worden beter beheerd en onderhouden

8.3.2 Het recreatief hoofdroutenetwerk voor wandelen, fietsen en varen (incl. TOP’s) is verbeterd

8.3.3 Er is betere balans tussen de draagkracht van de leefomgeving en de impact van recreatie en toerisme 

8.3.4 De buitenruimtes en recreatiegebieden zijn beweegvriendelijker en de sport- en beweegsector is toekomstbestendiger.

De gewijzigde doelenboom van programma 4 is vastgesteld bij de Kadernota 2026.
Hieronder een overzicht met alleen de wijzigingen:

Programma

 WAS (2025)

WORDT  (2026)

4. Klimaat en Energietransitie

4.1 De gebouwde omgeving gebruikt minder energie en wordt duurzamer verwarmd

4.1  De gebouwde omgeving en bedrijven gebruiken minder energie en worden duurzamer verwarmd en gekoeld.

4.1.1 De ondersteuning van inwoners voor energiebesparing is beter (door o.a. gemeenten, woningcorporaties en Verenigingen van Eigenaren)

4.1.1. De ondersteuning van inwoners voor energiebesparing is beter en draagt bij aan een slimmer en inclusiever energiesysteem.

4.1.2 Er is meer toezicht en ondersteuning voor energiemaatregelen bij bedrijven en maatschappelijke organisaties

4.1.2. Ondersteuning voor en toezicht op energiemaatregelen bij bedrijven en maatschappelijke organisaties is beter.

4.1.3 Meer zonnepanelen op daken

Vervalt en maakt nu onderdeel uit van 4.1.2

4.1.4 Het aandeel duurzame warmtebronnen voor de verwarming van gebouwen is groter

4.1.4. De beschikbaarheid en toepassing van duurzame warmte- en koudebronnen is groter.

4.3 De energietransitie is haalbaar, betaalbaar en innovatief

4.3 Het energiesysteem is beter geïntegreerd, innovatief, duurzaam en betaalbaar

4.3.1 Wet- en regelgeving zijn beter afgestemd op energietransitie (lobby)

Vervalt

4.3.3 De energietransitie is beter betaalbaar voor iedereen (passende financiële instrumenten)

Vervalt en wordt onderdeel van 4.1.1

Nieuw:

4.3.4 Netcongestie wordt sneller aangepakt en de energie-infrastructuur is beter afgestemd op vraag en aanbod van duurzame energie.

4.3.5 Sturing, duurzame gassen, energieopslag en duurzame regelbare opwek dragen meer bij aan het energiesysteem van de toekomst.

4.4 De energie-infrastructuur is beter afgestemd op vraag en aanbod van (duurzame) energie

Vervalt en wordt samengevoegd met beleidsdoel 4.3 Het energiesysteem is beter geïntegreerd, innovatief, duurzaam en betaalbaar

Een aantal prestatie-indicatoren bij programma 4 Klimaat en Energietransitie zijn komen te vervallen. Hiervoor in de plaats is een set nieuwe indicatoren geformuleerd.

Beleids- doelnr

Omschrijving

Vervallen Prestatie indicatoren

P4-1

Verduurzaming gebouwde omgeving

Energiebesparingsprojecten: Het aantal ondersteunde grootschalige projecten gericht op energiebesparing/opwek bij inwoners

Energiecontroles bedrijven: Het aantal bedrijven waar energiecontroles in opdracht van de provincie en gemeenten worden uitgevoerd  

Locaties duurzame warmtewinning: Het aantal locaties/zoekgebieden voor grootschalige duurzame warmtewinning waar de provincie ondersteuning biedt.  

Ondersteunde trajecten maatschappelijke organisaties: Het aantal vestigingen van maatschappelijke organisaties waar de provincie ondersteuning geeft bij energiebesparing en/of duurzame opwek

P4-2

Duurzame elektriciteit

Locaties grootschalige opwek: Het aantal locaties/zoekgebieden voor grootschalige duurzame opwek van elektriciteit waar de provincie ondersteuning biedt of zelf projectbesluitprocedures vervolgd.  

P4-3

Toekomstbestendig energiesysteem

Het aantal innovatietrajecten waarin haalbaarheid en/of betaalbaarheid zijn geborgd

Pilots innovatie: Het aantal pilots van energie-innovaties waar de provincie bij betrokken is

P4-4

Energie-infrastructuur (vervalt)

Afval organisatie provincie Utrecht

Beleids- doelnr

Omschrijving

Nieuwe  Prestatie indicatoren

P4-1

Projecten EDC

Aantal projecten via het Energie Dienstencentrum (EDC)  waaraan de provincie financieel bijdraagt. 

Bewonersinitiatieven verduurzamen

Aantal bewonersinitiatieven voor verduurzamen van woningen dat via de provinciale structuur ondersteund wordt. 

Besparingspotentieel MaVa en MKB

Besparingspotentieel geïdentificeerd bij maatschappelijk vastgoed en mkb

Deel RES-bod gehaald

Percentage gerealiseerde en vergunde projecten ten opzichte van het RES-bod (2,4 TWh)

P4-2

Bewonersinitiatieven opwek

Aantal ondersteunde bewonersinitiatieven voor energie-opwek

P4-3

P-MIEk projecten

Aantal P-MIEK-projecten waarbij de Provincie actief betrokken is

Innovatieprojecten

Aantal innovatieprojecten dat de Provincie ondersteunt.

Leeswijzer 

Doelstelling Programmabegroting 
De Programmabegroting is een belangrijk instrument voor u om inhoud te geven aan uw kaderstellende rol. In de Programmabegroting worden de keuzes voor 2026 vastgelegd voor de belangrijkste activiteiten en doelstellingen en de hieraan gekoppelde inzet van de financiële middelen. 

Plaats Programmabegroting in de planning- en controlcyclus 
In de Programmabegroting wordt voor het begrotingsjaar 2026 vastgelegd wat de provincie wil bereiken, wat daarvoor wordt gedaan en welke financiële middelen daarvoor beschikbaar worden gesteld. U stelt Programmabegroting vast. Tussendoor kunnen plannen worden bijgesteld naar aanleiding van actuele ontwikkelingen. Dat kan als onderdeel van de reguliere cyclus gebeuren via de Kadernota, maar ook incidenteel op basis van door u en ons genomen besluiten. Deze bijstellingen krijgen hun financiële beslag via begrotingswijzigingen die aan u worden voorgelegd. In de jaarstukken wordt uiteindelijk eindverantwoording afgelegd over de uitvoering van de ambities. Er wordt aangegeven in welke mate de doelstellingen zijn gerealiseerd en er wordt verantwoording afgelegd over de inzet van de financiële middelen. 

Structuur van de Programmabegroting 
De structuur van de Programmabegroting wordt voor het grootst deel bepaald door een aantal wettelijke vormeisen. Het BBV bevat de volgende vormeisen voor de Programmabegroting: 

  1. De beleidsbegroting, onderverdeeld in: 
  • Een programmaplan: een programma is een geheel van activiteiten om de beoogde maatschappelijke effecten te bereiken. In het programmaplan wordt per beleidsprogramma expliciet ingegaan op welke maatschappelijke effecten worden nagestreefd, hoe men deze effecten wil gaan bereiken en welke middelen daarvoor nodig zijn. 
  • De paragrafen: deze bevatten de beleidsuitgangspunten van beheersmatige activiteiten en lokale heffingen. In de paragrafen worden onderwerpen behandeld die van belang zijn voor het inzicht in de financiële positie. De voorgeschreven paragrafen zijn: provinciale belastingen en heffingen, weerstandsvermogen en risicobeheersing, onderhoud kapitaalgoederen, financiering, bedrijfsvoering, verbonden partijen, grondbeleid. In de paragraaf grondbeleid wordt aandacht geschonken aan Hart van de Heuvelrug. 
  1. De financiële begroting, onderverdeeld in: 
  • de uiteenzetting van de financiële positie; 
  • het overzicht van lasten en baten. 

Indeling Programmabegroting 
Hoofdstuk 1 bevat de hoofdlijnen van deze programmabegroting en beschrijft de belangrijkste ontwikkelingen in 2026.  
Hoofdstuk 2 bevat het programmaplan. Ieder programma is, volgens het BBV, ingedeeld in de drie ’w-vragen: wat willen we bereiken, wat gaan we daarvoor doen en wat gaat dat kosten?  
Hoofdstuk 3 bevat de paragrafen. De zeven verplichte paragrafen vanuit het BBV worden eerst gepresenteerd, aangevuld met de paragrafen Projecten en Klimaat.
Hoofdstuk 4 bevat de financiële begroting, waarin in de financiële positie wordt uiteengezet en een overzicht wordt gegeven van de baten en lasten, inclusief een meerjarenraming en verschillenanalyse.  

Ten slotte is nog een aantal bijlagen opgenomen waaronder de GS begroting.

Tabellen 
De bedragen in de tabellen zijn standaard x € 1.000, tenzij dit anders in de tabel is aangegeven. Dit is gedaan om de leesbaarheid te vergroten. Een bedrag van € 45.000 staat dus als € 45 in een tabel. Dit kan leiden tot afrondingsverschillen van maximaal € 1.000 in totaaltellingen. 
De in de tabellen gepresenteerde cijfers in de kolom 2024 is de stand van de vastgestelde jaarrekening 2024. De cijfers in de kolom 2025 is de stand van de bijgestelde begroting zoals vastgesteld in de Najaarsrapportage 2025.  

Webversie 
De opmaak van de Begroting is ingericht voor een online-document. De Programmabegroting 2026 is te vinden via de Portal met de planning en control documenten van onze provincie. Bij een download uit Lias naar Word kunnen er wat verschuivingen van tabellen of extra spaties in het document zitten. Hier is niet altijd iets aan te veranderen aangezien het tekstblokken zijn die voor de website zijn bedoeld. In de online webversie heb je dit niet.

Deze pagina is gebouwd op 09/24/2025 09:06:45 met de export van 09/24/2025 08:28:15